Baarlose Nietplekker (1937 - 1944)
Synoniemen: Baarlosche Nietplekker Ras VI, Ras VI van Tercken
Augurkenselectie door Tercken
De augurk Baarlosche Nietplekker werd in 1937 in de handel gebracht en is voortgekomen uit een selectie van de Venlo’er Export. Deze selectie was gedaan door de augurkenselecteur J. H. Tercken uit Baarlo. Het synoniem Ras VI van Tercken is afkomstig van de veredelaar van dit ras. Twee selecties van de Baarlosche Nietplekker waren gedaan, nummer VI en VII. Beide hadden goede resistentie tegen de schimmelziekte vruchtvuur, waardoor de Baarlosche Nietplekker de marktpositie innam van andere augurkrassen, zoals Venlo’er Export en de Kleine Groene Scherpe. Deze rassen hadden ook enige resistentie tegen vruchtvuur, maar ze konden niet op tegen de Baarlosche Nietplekker.
Proeftuin 'Beemster'
Van 1954 tot en met 1957 werd de Baarlosche Nietplekker VI en Baarlosche Nietplekker VII getest op de groei en opbrengst in proeftuin ‘Beemster’, te Noordbeemster. Afhankelijk van het jaar en ziektedruk kwamen beide selecties goed naar voren ten opzichte van andere oude augurkrassen. Eigenschappen van de Baarlosche Nietplekker zijn een sterke groei, met mooie lange, slanke vruchten. Deze zijn glad en fijn behaard, met een hoge opbrengst. Het ras is geselecteerd op fijne pluk, maar ook voor grove pluk geschikt. Hierbij wordt bedoeld dat de vruchten in een jonger stadium met fijne, malse vruchten kunnen worden geplukt (fijne pluk), maar ook als de vruchten wat groter en meer volgroeid zijn (grove pluk).
Teeltspecificaties
Teelt | Bak of volle grond |
Type | Augurk met haren en stekels |
Zaaitijd | April |
Groei | Plant aanbinden of kruipen. Vruchtgroei: kruisbestuiving. Bestuiving kan met de hand of door insecten worden gedaan. |
Oogst | Vroeg (jonge vruchten) |